Je bent jong en je wil wat: wereldreis, droomjob, eigen auto, woning en gezin … Je pensioen? Dat is nog een compléte ver-van-je-bed-show. En toch kan je er niet vroeg genoeg aan beginnen te denken. Benieuwd waarom?
Twintigers en dertigers zijn volop bezig zich te settelen, storten zich op hun werk en hun gezin. Voor hen is hun pensioen nog verre toekomstmuziek. Herkenbaar voor jou? Probeer toch al eens aan later te denken. Want als je ook op je ‘oude dag’ volop wil genieten, bereid je je best nu al voor. En wel hierom:
- Je wettelijk pensioen is geen vetpot
“De staat zorgt voor mijn pensioen”, hoor ik je denken. Inderdaad, de overheid betaalt vanaf je pensioenleeftijd een maandelijkse uitkering uit die we het wettelijk pensioen of de eerste pensioenpijler noemen. Maar dat wettelijke pensioen ligt voor velen een stuk lager dan het laatste beroepsinkomen. Ook weten we niet of de overheid in de toekomst een aanvaardbaar wettelijk pensioen voor iedereen kan blijven garanderen.
Gelukkig kan je dat wettelijke pensioen aanvullen met de tweede, derde én zelfs vierde pijler. Hoe, wat en waarom ontdek je verder.
- Het aanvullend pensioen dicht de pensioenkloof niet
Als je werkgever een groepsverzekering aanbiedt, dan stort hij – en jij waarschijnlijk ook – een bijdrage in een spaarverzekering of een pensioenfonds. Op het moment dat je met pensioen gaat, krijg je de opbrengst van deze tweede pensioenpijler uitbetaald in de vorm van een kapitaal of een levenslange rente.
Maar in veel gevallen kan je met het bijeengespaarde kapitaal van de groepsverzekering het verschil tussen je laatste beroepsinkomen en het wettelijke pensioen (= pensioenkloof) niet dichten.
Om je pensioen veilig te stellen, ga je dus best nog een stapje verder met de derde en eventueel vierde pensioenpijler.
- Pensioensparen en langetermijnsparen zijn fiscaal voordelig
In de derde pijler neem je zelf het initiatief om een extra spaarpotje opzij te zetten voor als je met pensioen gaat. En je wordt ervoor beloond met een belastingvermindering. De formules waaruit je kan kiezen zijn pensioensparen en langetermijnsparen.
Pensioensparen
Hoe vroeger je begint met sparen, hoe groter je kapitaal zal zijn op je pensioenleeftijd. Dat klinkt logisch, maar ook de interesten tellen mee: die worden telkens bij het bijeengespaarde bedrag gevoegd en brengen op hun beurt weer op.
Je wacht dus best niet tot je veertigste om met pensioensparen te beginnen. Ook al omdat pensioensparen je een fiscaal voordeel oplevert. Hoe eerder je start, hoe meer je profiteert van die belastingvermindering.
Hoeveel kan je sparen?
- Spaar je tot 990 euro per jaar, dan profiteer je van een belastingvermindering van 30% op de betaalde premies.
- Spaar je tot 1270 euro per jaar, dan profiteer je van een belastingvermindering van 25% op de betaalde premies.
Voor sommigen liggen die bedragen misschien wat hoog. Weet dat je al kan starten met een lager bedrag om het na verloop van tijd op te trekken tot een van de maximumbedragen. Je kan je pensioenspaarplan ook tijdelijk stopzetten als je je centen nodig hebt voor andere plannen.
Langetermijnsparen
Een andere mogelijkheid om extra pensioen op te bouwen is langetermijnsparen. Ook dat levert een belastingvermindering op. Afhankelijk van je inkomen en persoonlijke situatie kan je sparen tot 2.350 euro met een belastingvoordeel van 30%.
Langetermijnsparen is ook interessant als je later een woning koopt: je kan het gespaarde bedrag gebruiken om je schuldsaldoverzekering geheel of gedeeltelijk te financieren.
En wat velen niet weten: je kan pensioensparen en langetermijnsparen combineren en dus voor beide een belastingvermindering genieten!
- Ook vrij sparen draagt bij
Alles wat je spaart zonder belastingvermindering behoort tot de vierde pensioenpijler: beleggingsfondsen, obligaties … Maar ook investeringen in vastgoed, kunst enz.
Advies nodig?
Wil je weten hoeveel je in jouw situatie kan sparen en welk belastingvoordeel je dat oplevert? Ik maak graag samen met jou de berekening. Contacteer me gerust
Terug naar overzicht